SV | En zij zullen niet meer, een iegelijk zijn naaste, en een iegelijk zijn broeder, leren, zeggende: Kent den HEERE! want zij zullen Mij allen kennen, van hun kleinste af tot hun grootste toe, spreekt de HEERE; want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven, en hunner zonden niet meer gedenken. |
WLC | וְלֹ֧א יְלַמְּד֣וּ עֹ֗וד אִ֣ישׁ אֶת־רֵעֵ֜הוּ וְאִ֤ישׁ אֶת־אָחִיו֙ לֵאמֹ֔ר דְּע֖וּ אֶת־יְהוָ֑ה כִּֽי־כוּלָּם֩ יֵדְע֨וּ אֹותִ֜י לְמִקְטַנָּ֤ם וְעַד־גְּדֹולָם֙ נְאֻם־יְהוָ֔ה כִּ֤י אֶסְלַח֙ לַֽעֲוֹנָ֔ם וּלְחַטָּאתָ֖ם לֹ֥א אֶזְכָּר־עֹֽוד׃ ס |
Trans. | wəlō’ yəlamməḏû ‘wōḏ ’îš ’eṯ-rē‘ēhû wə’îš ’eṯ-’āḥîw lē’mōr də‘û ’eṯ-JHWH kî-ḵûllām yēḏə‘û ’wōṯî ləmiqəṭannām wə‘aḏ-gəḏwōlām nə’um-JHWH kî ’esəlaḥ la‘ăwōnām ûləḥaṭṭā’ṯām lō’ ’ezəkār-‘wōḏ: |
En zij zullen niet meer, een iegelijk zijn naaste, en een iegelijk zijn broeder, leren, zeggende: Kent den HEERE! want zij zullen Mij allen kennen, van hun kleinste af tot hun grootste toe, spreekt de HEERE; want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven, en hunner zonden niet meer gedenken.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En zij zullen niet meer, een iegelijk zijn naaste, en een iegelijk zijn broeder, leren, zeggende: Kent den HEERE! want zij zullen Mij allen kennen, van hun kleinste af tot hun grootste toe, spreekt de HEERE; want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven, en hunner zonden niet meer gedenken.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!